Licht in een donkere tunnel

Mevrouw N. Terlouw: "Een paar weken later stonden we bij zijn graf".

“Voorafgaand aan de dienst, delen we u mee, dat is overleden in de leeftijd van tweeëntachtig jaar…” Misschien schrok je toen vervolgens de naam van een bekende, een jonge moeder, een kind werd afgelezen. Bij een lang ziekbed zagen we de dood misschien aankomen en als de naam van een oudere afgelezen wordt, schrikken we niet eens op. Herken je het, dat we de dood zo makkelijk op afstand kunnen houden? Totdat het opeens je eigen gezin betreft. Mevrouw Terlouw maakte het, heel plotseling en onverwacht, mee.

U bent uw man plotseling verloren. Kunt u daar iets over vertellen?
“Op Tweede Paasdag preekte mijn man, dominee Terlouw, over Thomas. Op de kansel vertelde hij dat hij, bij gezondheid, een serie wilde gaan preken over Thomas. Toen hij na de kerkdienst ’s middags in de tuin bezig was, kreeg hij last van zijn hoofd en nek. Eigenlijk was mijn man altijd gezond. Na contact met de dokter gingen we naar het ziekenhuis. Terwijl we in de wachtkamer waren, zakte mijn man in elkaar. Daarna volgden ingrijpende dagen van hoop en vrees. Een operatie bleek noodzakelijk, omdat er in de hersenen levensbedreigende problemen waren. Technisch gezien slaagde de operatie, maar er was ook een bloeding ontstaan. Uiteindelijk hebben we na de operatie geen contact meer gehad en is hij overleden.”

Hoe kwam u door de donkere dagen van verdriet?
“De eerste periode was er heel veel te regelen. Ook moest ik een ander huis gaan zoeken. Op een dag sprak ik een predikant, die kende iemand die mij geholpen heeft bij het zoeken van een huis. Ik heb mogen ervaren dat ik dit huis van de Heere heb gekregen. Als die hulp van de Heere er niet zou zijn, wist ik ook niet hoe het moest.
In de eerste tijd na het sterven was er wel het gemis, maar het drong nog niet helemaal door. Nu besef ik meer het definitieve van het overlijden en dat is moeilijk te aanvaarden. De Heere wil mij bemoedigen met Zijn Woord. Hij weet ervan af. Het verdriet is er dan nog wel, maar dan is het toch anders. Daarnaast zijn de mensen om mij heen ons tot steun.”

Welke boodschap zou u aan jongeren mee willen geven?
“Als je oud bent, ja, ook dan, denk je soms: het komt morgen wel. We kunnen zo aan aardse dingen vastzitten, zelfs na sterfgevallen. De aardse dingen verzadigen je niet. En ook indrukken kunnen weer wegebben. Er zijn veel beloftes voor jongeren in de Bijbel. Denk bijvoorbeeld aan Psalm 22 vers 31: Het zaad zal Hem dienen. Er is verwachting voor jongeren! Zoek Hem nu. In Spreuken 8 vers 17 lees je: en die Mij vroeg zoeken, zullen Mij vinden. Dat is geen misschien, maar zeker. We weten niet hoeveel jongeren dat zijn, maar het zal gebeuren. Hoe jonger je de Heere dient, hoe beter dat is. Het leven van mijn man stond in het teken van de dienst van God. Er is geen betere dienst dan Zijn dienst!”

Meer lezen? Lees dan het interview op bladzijde 6-9 van Daniël#17.

Lees meer over het magazine.

Lees meer: